
Er woont een Belg in Den Haag, maar hij raakt zijn Belgische accent maar niet kwijt. Hij besluit bij een echte Hagenees Haags te leren. Na 4 weken kan hij eindelijk de zin: geef mij een broodje ei met ui, in het plat Haags uitspreken. Hij loopt, trots als een pauw, een winkel in en zegt: "Hé geef mij een broodje ei met ui". Waarop de verkoper tegen hem zegt: "Je bent zeker een Belg?" "Hoezo", vraagt de Belg, "dat was toch Haags?" "Jazeker, maar je staat in een fietsenwinkel."